De jaarlijkse monitor zorgverzekeringsmarkt van de NZa laat verschuivingen zien in het polisaanbod die zorgen baren. Deze ontwikkelingen leiden tot segmentering van de markt en dat zet de (risico)solidariteit onder druk. Tijd voor maatregelen?

In de Monitor Zorgverzekeringsmarkt 2022 (pdf) brengt de NZa de belangrijkste ontwikkelingen op de zorgverzekeringsmarkt van het afgelopen jaar in kaart. Zo is onder andere op te maken dat er in 2022 evenveel concerns en zorgverzekeraars waren dan het jaar ervoor, respectievelijk tien en twintig, en de vier grootste verzekeraars (CZ, Menzis, Zilveren Kruis en VGZ) hebben samen nog steeds het grootste marktaandeel (85,1%).

image-20221130164347-1

Bron: Zorgverzekeraars, Jaarcijfers Basisverzekering

De zorgverzekeraars hebben in 2021 wel een fors afwijkend negatief resultaat op de uitvoering van de zorgverzekeringswet behaald van ongeveer € -2 per verzekerde (18+). In 2020 was het resultaat nog positief (€ 41). Dit heeft voor een groot deel te maken met de door corona uitgestelde zorg. Met andere woorden, aan uitgestelde zorg uit 2020 hebben de zorgverzekeraars in dat jaar geen kosten gehad. De reserves die over de jaren zijn opgebouwd zijn wel aangewend voor een verlaging van de zorgpremies in 2021 (€ 39 per verzekerde) en 2022 (€ 72 per verzekerde). Hiermee komt de solvabiliteit van de verzekeraars overigens niet in het gedrang. Ten tijde van het uitvoeren van deze monitor was de verwachting dat de premies in 2023 fors zouden stijgen. Inmiddels hebben de zorgverzekeraars de premies bekendgemaakt en die zijn inderdaad flink gestegen.

Polisaanbod beïnvloedt (ongewenst) overstapgedrag

Buiten dat verzekeraars iets dieper in de buidel hebben moeten tasten om de zorgpremies laag te houden de afgelopen twee jaar, zijn bovenstaande cijfers niet heel opvallend. De noemenswaardige veranderingen vinden voornamelijk plaats in het polisaanbod en het overstapgedrag van verzekerden. In 2022 zijn er zestig verschillende zorgverzekeringen op de markt; drie meer dan in 2021:

  • 1 naturapolis vervalt
  • 1 naturapolis verandert in een combinatiepolis
  • 2 nieuwe naturapolissen komen erbij
  • 2 nieuwe combinatiepolissen komen erbij
  • 4 restitutiepolissen wijzigen in combinatiepolissen
  • 5 polissen met beperkende voorwaarden komen erbij (stijging van 16 naar 21)
  • 3 nieuwe polissen met beperkende voorwaarden
  • 2 bestaande polissen krijgen beperkende voorwaarden.

Het kan geen toeval zijn dat deze verschuivingen in het polisaanbod ook terug te zien zijn in de ontwikkelingen van het overstappen door verzekerden. Hoewel het overstappercentage (overstappen naar een andere zorgverzekeraar) met 6,7% ongeveer gelijk bleef in 2022 aan dat in de voorgaande jaren, kozen dit jaar méér verzekerden voor een individuele verzekering met een lagere polispremie, voornamelijk een budgetpolis. Waar in 2021 nog 13,1% van de verzekerden een budgetpolis had, was dat in 2022 maar liefst 18,4%.

image-20221130164347-2

Bron: VEKTIS

De overstappers hebben in 2022 samen een besparing (voor zichzelf) gerealiseerd van € 105 miljoen. Dit is maar liefst twee tot vier keer meer dan in de twee jaar ervoor. De reden van overstappen naar een (goedkopere) individuele verzekering, zoals de budgetpolis, is behalve de prijs ook omdat er steeds minder collectieve verzekeringen aangeboden werden, gezien vanaf 2023 de collectiviteitskorting verdwijnt. Daarnaast daalde het aandeel verzekerden met een restitutiepolis van 14,9% naar 9,7%, omdat enkele restitutiepolissen zijn omgezet naar een combinatiepolis. Waar verzekerden eerder nog de keuze hadden tussen elf restitutiepolissen, zijn dat er nu nog maar zes 6.

NZa bang voor tweedeling

De trend waarbij zorgverzekeraars steeds meer ‘puur’ op prijs concurreren is volgens de NZa ongewenst. Buiten dat het inzetten van reserves om de premie laag te houden druk zet op de solvabiliteit van verzekeraar en de aandacht afleidt van kwalitatieve zorginkoop, baart de marketing omtrent polissen met beperkende voorwaarden de NZa misschien wel de meeste zorgen. De marketing van deze polissen is voornamelijk gericht op jonge en gezonde verzekerden en deze groep is binnen dit polisportfolio dan ook sterk vertegenwoordigd. Er ontstaat zo een tweedeling in de markt waarbij jonge gezonde verzekerden profiteren van een lage premie (met korting) waar de rest van de (ongezonde) verzekerden uiteindelijk voor betaalt.

Deze tweedeling wordt niet alleen in de hand gewerkt door de budgetpolis. De steeds hogere maximale kortingen op de premie indien je een hoger vrijwillig eigen risico neemt, doet in principe hetzelfde. Gezonde verzekerden kunnen zich in het algemeen een hogere vrijwillig eigen risico permitteren en profiteren daarmee van korting op de premie die door de rest moet worden opgehoest.

Een ander fenomeen dat het zogenaamde voorsorteergedrag van zorgverzekeraars stimuleert, is de overcompensatie voor deze groepen verzekerden vanuit de risicoverevening. Zorgverzekeraars ontvangen momenteel méér compensatie vanuit de risicoverevening voor jonge gezonde verzekerden dan dat ze kosten. Deze groep verzekerden is op dit gebied dus winstgevend. Mogelijkheden om overcompensatie voor jonge gezonde verzekerden in te dammen worden overigens verkend, maar kunnen de komende tijd leiden tot extra ongewenst voorsorteergedrag door verzekeraars. Zo lang deze groep verzekerden nog winstgevend is, bestaat de mogelijkheid dat verzekeraars juist meer polissen op de markt gaan brengen die gericht zijn op deze groep. De NZa is dan ook bang dat het voorsorteergedrag de komende tijd alleen nog maar meer wordt nu door VWS mogelijkheden worden verkend om de overcompensatie vanuit de risicoverevening aan te pakken.

Tijd voor maatregelen

Deze ontwikkelingen tasten de solidariteit aan, aldus de NZa. Om verdere segmentering van de markt te voorkomen raadt de autoriteit aan om met maatregelen te komen en dan het liefst al per 2023. Zoals we eerder al schreven, wordt de risicoverevening op enkele punten aangepakt in 2023, maar er is meer nodig om de solidariteit te bewaken. Er moet gekeken worden naar sturingsmogelijkheden die zorgverzekeraars hebben om op risico’s te selecteren en te beperken, zoals de kortingen op premies die gekoppeld zijn aan de hoogte van het vrijwillig eigen risico. Tot slot moet er iets gedaan worden aan de zogenaamde tweelingpolissen: polissen die qua dekking nagenoeg hetzelfde zijn, maar flink van prijs verschillen. Dit komt te transparantie niet ten goede en dat heeft gevolgen voor de keuze die de consument maakt. In april 2022 is in de Tweede Kamer een motie (pdf) aangenomen over de definitie nagenoeg gelijke polissen. De NZa zal hier samen met de ACM een analyse van maken. Tot slot is de NZa voornemens om met ingang van 1 april 2023 artikel 7 van de ‘Regeling informatieverstrekking ziektekostenverzekeraars aan consumenten’ (TH/NR-022) aan te passen waarmee zorgverzekeraars onder andere verplicht worden om consumenten inzicht te geven in vergelijkbare polissen.

Bron: MTN, Nederlandse Omroep Stichting (NOS), Nederlandse Zorgautoriteit (NZa), Nu.nl, Tros Radar, Vektis